In het nieuws
Stichting Historische Publicaties Holland-Rijnland
Bart van Knijnenburg over de eendenkooi in Warmond
Bart van Konijnenburg bij de eendenkooi in Warmond:
,,Een bijzondere plek, die er 400 jaar geleden al was.’’
FOTO TACO VAN DER EB
INTERVIEW Bart van Konijnenburg
Tekst: Miep Smitsloo
Bart van Konijnenburg (49) ademt Warmond. Hij is zo’n tien uur per week in touw als
beheerder en voorzitter van de unieke, 400 jaar oude Eendenkooi op de grens met
Sassenheim. Vrijwilligerswerk dat hem al vijftien jaar letterlijk met de ’poten in de klei’
houdt en hem nog dieper wortelt in zijn bijzondere woonplaats.
Warmond ademen
„Ik adem Warmond, dat klopt helemaal!
Ik ben hier komen wonen toen ik een jaar oud was, mijn ouders verhuisden vanuit Lisserbroek hiernaartoe omdat mijn vader dichter bij zijn werk in Delft wilde wonen en omdat ze Warmond een knusse plaats voor hun kinderen vonden om op te groeien. Dat is ook zo. Op m’n 19e, toen ik in Leiden biologie ging studeren, ben ik een tijd weggeweest, maar toen ik zelf kinderen kreeg, zijn we - ook op aandringen van mijn vrouw - teruggekomen. Heerlijk voor de kinderen, het is hier kleinschalig, er zijn nergens wachtlijsten voor en mensen zijn bij elkaar betrokken. Ik zie weleens vrienden uitzwermen naar verre landen. Als bioloog zou dat voor mij ook een overweging zijn, maar ik realiseer me: dichtbij is óók heel erg mooi.”
Ondernemen(d)
„Mijn vader was werkzaam in de ruimtevaart, hij werkte bij het Nederlands Instituut voor Vliegtuigontwikkeling en Ruimtevaart. Mijn moeder was zeer actief in de oudervereniging voor geestelijk gehandicapten - ik heb een zus met een verstandelijke beperking.
Ondernemen is me met de paplepel ingegoten, in de brede zin des woord. Er is een verschil tussen het begrip ’ondernemen’ en ’ondernemend’. Ik denk dat ik ondernemend ben, maar niet als iemand die overal financiële kansen ziet. Als ik alle energie en tijd die ik in de eendenkooi heb gestoken in een bedrijf had gestopt, zou dat best weleens succesvol kunnen zijn geworden. Maar hé, de Eendenkooi is ook succesvol! Ik heb een leuk huis en een heerlijk leven, rijk hoef ik niet te worden.”
De Eendenkooi?
„Hoe raak je betrokken bij een eendenkooi - dat is wel een leuk verhaal. Na mijn studie werkte ik jarenlang als belangenvertegenwoordiger, zeg maar lobbyist, in de papierindustrie. Het was mijn taak om partijen samen duurzamer te laten produceren. Op zich leuk en boeiend werk. Ik moest partijen bij elkaar brengen die elkaar niet of niet altijd begrepen. Maar op een gegeven moment zag ik mezelf terug met een leaseauto in een pak-met-das. Ik kreeg behoefte om op de fiets naar m’n werk te kunnen en met de voeten in de modder te staan. Om buiten bezig te zijn.”
Risico op schot hagel
„In die tijd, nu vijftien jaar geleden, hoorde ik dat de gemeente Teylingen op zoek was naar een nieuwe beheersvorm voor de Eendenkooi. Het pachtcontract met de kooiker werd om allerlei redenen beëindigd. Wat een eendenkooi was, wist ik natuurlijk niet. Wel hoor ik vaak dat Warmonders als kind de polder in liepen om eieren te rapen. Als de kooiker hen zag, joeg hij ze weg. Er was wat hem betreft geen ruimte voor pottenkijkers en kwajongens.
Het fenomeen eendenkooi intrigeerde me. Ik maakte een afspraak met een kooiker in Lekkerkerk en dat gesprek inspireerde me eens temeer. Zo is de interesse in het ambacht en het bijzondere van zo’n stuk erfgoed ontstaan.”
’Doe het zelf maar’
„Er kwamen allemaal ideeën bij me naar boven hoe de gemeente Teylingen de Eendenkooi zou moeten beheren. Toen ik die op het gemeentehuis ventileerde, zeiden ze daar: maak zelf maar een beheersplan. Daar schrok ik eerst van, ik wilde alleen maar vertellen hoe zij het zouden moeten doen. Tegelijkertijd realiseerde ik me dat wie a zegt ook b moet zeggen en dat hier een grote uitdaging lag.
In de zomer van 2008 heb ik een plan in de gemeenteraad gepresenteerd. Dat kwam er op neer om het oude ambacht van het eenden vangen weer uit te oefenen en ook de buitenwereld deze unieke, 400 jaar oude plek te laten zien. Als derde pijler wilde ik de natuur en de rust daarbij stimuleren, zodat de Eendenkooi een goede plek is voor vogels en plantjes.”
Bijzondere plek
„Nadat de gemeenteraad me groen licht gaf, heb ik samen met anderen een stichting opgericht. Daarvoor had ik een oproepje in de krant gedaan, zo van: als je het ook leuk vindt om mee te helpen, meld je dan. Al snel kreeg ik reactie van vijftien, twintig mensen die ook de schouders onder de Eendenkooi wilden zetten. De groep is deels nog hetzelfde als vijftien jaar geleden en heel divers. Er is ook een organisch verloop en dat is goed: door nieuwe vrijwilligers kijk je zelf weer met frisse ogen naar de Eendenkooi. Je realiseert je wat voor bijzondere plek het is, die er 400 jaar geleden al was – nu langs de Kaag, destijds bij de oevers van het Haarlemmermeer. De uitdaging om zo’n stuk erfgoed te behouden, het ambacht, is super speciaal. Uiteindelijk moeten we ervoor zorgen dat de Eendenkooi een plekje voor iedereen is.”
Wat ze doen
„De groep vrijwilligers pakt samen het onderhoud aan: herstellen van vangpijpen, het water op diepte houden, snoeien, kappen, zagen van bomen en knotten van knotwilgen. In de periode mei tot en met juli geven we rondleidingen aan groepen, individuele belangstellenden en schoolklassen. De Eendenkooi zit in het lespakket voor de groepen 6. Nu nog alleen die van Teylingen, maar we staan zeker open voor uitbreiding naar andere scholen in de omgeving.
We vangen geen eenden meer om ze als eendenbouten te verkopen, alleen om ze te ringen. Daarna laten we ze weer vrij. Zo leren we steeds meer over eenden. Bijvoorbeeld dat een geringde eend drie dagen later is geschoten aan de Atlantische kust in Frankrijk. Dan weet je hoe snel de vogel zich kan verplaatsen. Dergelijke gegevens worden ingevoerd in een grote database voor heel Europa.
Ons werkseizoen loopt tot en met oktober. Dat hebben we net weer achter de rug. In de wintermaanden wordt de Eendenkooi een rustplek voor alle mogelijke dieren die komen aanvliegen, zoals slobeenden, smienten en veel wintertalingen.”
De financiën
„We krijgen een beheersvergoeding van 3.500 euro per jaar, terwijl we 7.000 euro nodig hebben. De rest moeten we binnenhalen met de verkoop van haardhout en het geven van rondleidingen.
Dat is sprokkelen, maar dat vind ik niet erg. Er zijn dingen in de samenleving waar geld voor beschikbaar is en andere, zoals de Eendenkooi, die ook heel waardevol zijn, maar waarvoor geen of weinig geld is. Het is belangrijk dat die taak dan door een groep vrijwilligers wordt ingevuld.”
De voordelen
„Genoeg waardering? Je moet zoiets niet voor de waardering doen, maar alleen omdat je het leuk en waardevol vindt. Het is sowieso leuk om allemaal nieuwe mensen te ontmoeten. In feite ben je met volwassen mensen aan het buiten spelen. Je komt na een dag werken vies en onder de modder thuis en - als het even meezit - heb je een dag later spierpijn. Al met al geeft het een bevredigend gevoel als ik zo’n dag in de Eendenkooi heb doorgebracht. Het is dezelfde soort voldoening als je van tuinieren in je eigen tuin hebt, alleen hoeft het niet zo precies als in je eigen tuin, want de Eendenkooi is 3,5 hectare groot.
Het leuke en opmerkelijke aan zo’n hobby is dat ik er niet aan was begonnen, als iemand me van tevoren had verteld dat die me al vijftien jaar zoveel tijd zou kosten. Maar goed ook, dat je er enthousiast en naïef instapt.”
Van het een...
„Op den duur moet een ander het voorzitterschap overnemen. Ik kan natuurlijk nog wel een tijdje mee, maar wil de kar geen dertig jaar meer trekken. Maar ja, niemand meldt zich spontaan om het van me over te nemen. Dat weet je. Terwijl er in Warmond wel verschrikkelijk veel vrijwilligerswerk wordt gedaan.
Ze vragen me zelden of nooit voor ander vrijwilligerswerk. De mensen weten dat de Eendenkooi zo’n veeleisende klus is, dat ik tegen veel andere dingen ’nee’ moet zeggen. Wel raak ik steeds meer betrokken bij De Haven, een woonvorm voor mensen met een verstandelijke beperking in de Dorpsstraat van Warmond. Die hebben mijn ouders bijna 25 jaar geleden samen opgericht. Mijn zus woont daar al die jaren. Mijn vader is kort voor de coronatijd overleden, mijn moeder raakt op leeftijd. Ik ben daardoor steeds meer betrokken bij het reilen en zeilen van de Haven. Dat vind ik leuk en voel ik ook wel als mijn plicht naar mijn ouders en zus toe.”
Niet alles lukt
„Het is bevredigend om voor je eigen gemeenschap bezig te zijn, al lukt niet alles. Zo hebben we een paar jaar geleden met een man of vijf geprobeerd een surf- en supclub op te richten op eiland Koudenhoorn. Maar de gemeente werkte onvoldoende mee. Jammer, maar op een gegeven moment moet je niet tegen de bierkaai willen blijven vechten.
Wel heb ik, in de tijd dat ik als wijkregisseur bij de gemeente Teylingen werkte, een lokaal fonds opgericht dat plaatselijke initiatieven financiert. Dat is gelukt. Dat is het Jacoba van Beierenfonds geworden.”
Thuisfront
„Onze kinderen zijn nu 15, 13 en 9. Ze helpen alle drie regelmatig mee in de Eendenkooi. Ze zijn zelfs zo betrokken dat, toen ik het een keer niet meer zag zitten en ermee wilde stoppen, de kinderen riepen: nee pap, niet doen!
Mijn vrouw gunt mij mijn passie, maar kijkt er met een nuchterder blik naar. Kijk, ik kan 24 uur per dag met de Eendenkooi bezig zijn, mijn vrouw helpt me soms om wat af te schalen.”
Dagelijks werk
„Ik heb jaren als wijkregisseur en coördinator duurzaamheid voor de gemeente Teylingen gewerkt, maar vijf jaar geleden ben ik voor mezelf begonnen. Ik ben gespecialiseerd in de energietransitie en heb nu een opdracht van de provincie Zuid-Holland om de warmteleiding tussen Rijswijk en Leiden te begeleiden in het traject met vergunningen en ruimtelijke inpassing. Ook daar moet ik veel partijen samenbrengen. Iedereen heeft daarin andere belangen. Als je dat uitlegt, ontstaat er over en weer meer begrip.
Kom ik bedachtzaam over? Dat klopt. Als je alleen maar bevlogen probeert mensen te overtuigen, dan werkt dat lang niet altijd. Rust en bedachtzaamheid kunnen op z’n tijd heel handige eigenschappen zijn.”
Sprong in diepe
„De keuze om ZZP’er te worden, werd ingegeven door iemand die zei: ik zou graag voor mezelf beginnen, maar mijn kinderen zijn nu begin twintig. Het zelfstandig ondernemerschap past dus niet goed in deze fase van mijn leven.
Toen dacht ik: mijn kinderen zijn nog veel jonger. Als het jóu met twintigers niet past, wanneer dan wel? Eigenlijk is er nooit een goed moment voor. Laat ik die sprong in het diepe maar wagen. Als het niet lukt, kan ik ook terugzwemmen naar de kant en weer in loondienst gaan.
Het bevalt me goed. Je kunt als ZZP’er je eigen tijd indelen. Zodoende kan ik op een maandagochtend met jou praten over de Eendenkooi. Hoe waardevol is dat?”